Auteur: Torpedo7
Er was eens een koning en zijn gezin. Het gezin bestond uit zijn geliefd dochtertje, Amandella, en zijn vrouw. Lang leefde dit gelukkige gezin samen.
Ook het eiland stond bekend om de amandelnoten, daarom werd de dochter van de koning ook Amandella genoemd. Op een vreselijke winternacht werd de koningin ernstig ziek, alle dokters konden geen verklaring hiervoor vinden en de koning besloot haar over te brengen naar een naburig eiland, omdat ze daar al jaren voorzitten op gebied van verzorging. De koningin bleef daar jaren en jaren. Maar op het vasteland riepen de bondgenoten samen om hun land te verdedigen tegen de oprukkende Romeinen. Amandella bleef achter met de familie van haar vader. Er ontstonden echter opstanden, geleid door de oude heks. Amandella en haar familie moesten onderduiken omdat de heks nu op de troon zat. Alle boodschappers die een bericht naar de koning zouden brengen had ze al allemaal in stenen veranderd en in de zee laten werpen. Duistere goden werden aanboden en het volk leed erger dan ooit tevoren. Amandella kon niet meer toezien hoe haar volk leed en besloot om naar het vasteland te trekken. Ze offerde een dier aan de god van bescherming om haar te beschermen en toen begon ze aan de ontsnapping vanuit het eiland dat de heks controleerde met haar glazenbol.
Ze stak de rustige zee over en keek steeds achterom om te zien dat ze niet gevolgd werd. Toen ze op het vasteland aan kwam zocht ze onderdak in een herberg. Ze kon er jammer genoeg niet betalen met de munten van het eiland en werd dus overal een kamer ontzegd. Ze besloot dan maar ergens een mooi plaatsje te zoeken zodat ze kon gaan slapen. Op een kruising van twee straten kwam ze een jongen tegen die een zelfgemaakte houden hut had neergezet. Ze keek naar de jongen die voor het vuur zat te eten. Hij had een half stuk brood en een voorraad vis in de zak naast hem liggen. Opeens keek de jongen op en Amandella schrok zich een bult. De jongen vroeg: “Ook geen kamer gevonden?”,waarop Amandella antwoordde: “Jij precies ook niet?” en ze glimlachte.”Kom er bij zitten”, stelde de jongen voor. En zonder treuzelen kwam Amandella naast de jongen zitten. De jongen gaf haar een stuk hard brood en bood haar een vis aan.”Ik ben Amandella, en ik kom van het beroemde eiland met de amandelen.” Waarop de jongen antwoord: “En ik ben Peeros van het land der peren.”
© Torpedo7