Auteur: mariadoc
Nooit geweten dat handelen zo leuk zou zijn! Toen we op het Gemeentehuis afgelopen handelsperiode zaten te plannen voor wat er zou gebeuren wanneer de vulkaan weer tot bedaren was gekomen, het onvermijdelijke begin van een nieuwe handelsperiode, zei ik tegen mijn stadsgenoten: ik wil wel eens handelen, laat mij maar hout doen. Ik heb toch tijd en energie over, was mijn redenering, en hoe moeilijk kan het zijn? Mij werd verzekerd dat ik wellicht zelfs een van de rijkste inwoners van de Federatie zou worden, indien ik zou gaan handelen. En ik moet zeggen: het is me niet tegengevallen, al is er wel flink wat tijd in gaan zitten om van die 1000 ISH startkapitaal echt wat te maken. En het mooie is dat het de anderen ook niet slecht afging, wat ongetwijfeld ook in de statistieken te zien zal zijn. Hier volgt het (succes)verhaal van Zwollar, de Cyberische Bostijger.
Toen de Federatie weer veilig was verklaard en de vuren in de Zwollarse Wouden waren uitgedoofd, kwamen de Zwollarenaren weer aan in de haven van Eurodam. Het land was leeg, maar toch waren de wegen begaanbaar en zo gingen we met zijn allen terug naar onze geliefde stad om er daar wat van te maken. Het bos lag er pittoresk bij, zoals we altijd al hadden gezien. Burgemeester dj ricky, die al vooruit was gereisd, had zelfs al een straat aangelegd, de Daalsedijk, waaraan onze winkels moesten verrijzen. De eekhoorntjes schoten rustig in en uit de bomen, de vogeltjes floten, niet wetend dat ze weg zouden worden gedreven van de weg binnen een paar uur.
Want het was mijn ambitieuze plan om heel Zwollar (en misschien heel Cyberië) van het kwalitatief hoogstaande Zwollarse hout te voorzien, en die taak was mij ook toegevallen. Gewapend met een zaag uit de FES ging ik het bos in om mijn eerste bomen te kappen, hetgeen die arme eekhoorntjes een hartaanval moet hebben bezorgd. Ik heb bij mijn eigen kavels dan ook geen eekhoorntje meer gezien, en maar goed ook, ik zou ze nog eens wat aandoen. Snel had ik genoeg hout voor een schuurtje en dus ging mijn winkel, met de fantasievolle naam “‘t Houtschuurtje” eindelijk de markt op. Met hout, natuurlijk, en dat vond ondanks de aardig hoge prijs veel aftrek.
Het ging zelfs zo goed dat ik er van stond te kijken, en ik denk dat heel Cyberië van mijn gepraat over MV’s mee kon genieten. Het was alweer een tijdje geleden dat ik een MV had en toen vond ik het alleen maar gaaf en wist ik niet wat ik ermee moest: nu was dat wel anders. Ik zou ovens gaan doen, nadat mij verzekerd was dat medeburgers A Lontra en grondstoffenman hun ovens bij dit MV zouden kopen. Gezien mijn naam is afgeleid van de naam van een welbekende halfling, noemde ik deze MV Halfling Keukens MV. Binnen een volgende dag had ik de tweede MV van Cyberië, de taximaatschappij Cyberian Roadways. Dat was een recept voor de top-25 en inderdaad heb ik nauwelijks buiten dit illustere rijtje gestaan, met dank aan alle hulp van mijn mede-Zwollarenaren.
Want wat is nou het geheim van deze kleine stad die het tot groot chagrijn van het grote Eurodam schopte tot een motor voor de economie van Cyberië in die eerste dagen van wederopbouw? Planning en gezelligheid, denk ik toch, een zekere kleinschaligheid. “Wij concurreren elkaar niet kapot,” vertelde mij een stadsgenoot toen ik hem vroeg hoe het kon dat wij het beter deden dan de Eurodammers. “Wij helpen elkaar.” Alle credits gaan daarvoor naar de goede planning van eind vorige handelsperiode, met dank aan onze burgemeester, dj ricky, die volgens mij met wel erg weinig slaap gigantisch goede resultaten kan boeken. Enig protectionisme kan ons wel worden verweten, maar is dat zo raar? Wij zijn immers wel aan het spelen om de rijkste inwoners van Cyberië uit onze stad te laten komen en dan moet je nu eenmaal je markt beschermen zodat je niet alsnog een moordende concurrentiestrijd krijgt. Enfin, ons straatbeeld wordt nu bepaald door megastores en stenen winkels, en de opbrengsten van de taxi-firma’s komen nog steeds deels naar Zwollar!
Het is mijn inziens volkomen gerechtigd om deze door samenwerking vergrote stad te beschouwen als een Cyberische Bostijger, of Mainport Zwollar (die ook de haven voorziet voor ons land, naast de taxi’s!). Of de jubelstemming blijft? Daarvan houd ik u op de hoogte. Er kan nog veel gebeuren, de handelsperiode is nog lang (zo lonkt er een kavelstaatprobleem door alle bedrijvigheid), maar ik heb er zin in. Ja, handelen: ik ben nooit echt een grote handelaar geweest, maar het is verrassend leuk, zeker in een stad als Zwollar!