Auteur: Politieke redactie
Uitslaande ruzie zou je verwachten. Als dit nieuwsblad tussen de handelsperiodes een uitgave had gedaan, was het misschien een pakkende kop geweest om te spreken van donkere wolken die zich samenpakten boven Cyberië. De harde confrontaties tussen president mariadoc en oppositieleider ikenco, voordat de handelsperiode goed en wel begonnen was, grensden aan het oververhitte. Met een coalitie die zich tot ronde 108 had vastgelegd op samenwerking en andere partijen zo uitsloot van regeringsdeelname valt niet te praten, zo leek het devies van een vastbesloten oppositie. Met een oppositie die enkel wil meeregeren en niet met voorstellen komt valt niet te onderhandelen, leek het devies van de coalitie.
En toch, bijna halverwege handelsperiode 106, lijken de donkere wolken verdwenen en schijnt opeens de zon. Parlementariër TheFox(LJE) verwoordde een sentiment bij de grootste regeringspartij waar de verbazing bijna van af te lezen viel: “zoals ook aan de stemmingsuitslagen te zien zijn we constructief bezig. Daar ben ik erg blij mee.” En inderdaad: de bereidheid onder Parlementariërs om elkaars voorstellen over de partijlijnen heen te steunen neemt Nederlandse proporties aan (ook in de Tweede Kamer worden immers de meeste voorstellen met overgrote meerderheden en algemeenheid van stemmen aangenomen). En waar er meningsverschillen zijn, worden die met parlementair taalgebruik beslecht: de tijden waarin men nog sprak van “muggenziftende landverrader” lijken voorbij.
Natuurlijk zijn er wat incidentjes en opstootjes, zoals die er altijd wel zijn. Net benoemd Parlementariër justinote haalde zich de verontwaardiging van de President op de hals toen hij meteen al verklaarde het oneens te zijn met collega siemenrey’s kritiek op examinator Reserved, terwijl de President het woord had gegeven aan de indiener. Het zette de toon voor een explosieve discussie waarin onparlementair taalgebruik door de verheven hallen van het Parlement vloog. De discussie richtte zich op personen en regeltjes, en ondertussen werd er door oppositiepolitici ook nog uitgehaald naar de productiviteit van de regering, die inderdaad nog niet van de grond komt qua voorstellen om het beleidsakkoord uit te voeren. De President moest uitleggen dat het allemaal complex was en tijd kostte. Door zich te mengen in de discussie (iets wat we mariadoc niet vaak zien doen deze ronde) haalde het staatshoofd zich bovendien de woede van justinote op de hals; er volgde een opstootje in de chat, een Motie van Wantrouwen en een rechtszaak om de President te ontslaan.
Maar het bleef toch bij echo’s van de ronde van de Zes Presidenten. Tot ieders verbazing bood justinote snel daarna zijn excuses aan aan siemenrey en mariadoc, erkende dat hij verkeerd zat met zijn Motie van Wantrouwen en trok de aanklacht tegen de President in. Vervolgens ging het Parlement vrolijk door met waar het mee bezig was: het voeren van een constructieve politiek, alsof er niks gebeurd was. Behoudens gebrom over het feit dat de coalitie in achterkamertjes aan voorstellen aan het werken is, lijkt het alsof er geduldig wordt gewacht. De goede manieren zijn terug in de politiek en misschien gaan we het einde van de door de coalitie gewraakte “DGM-politiek” meemaken. Het lijkt alsof een nieuwe politieke wind is gaan waaien in het Parlement. Meningen veranderen, wantrouwen verdwijnt, de politiek geneest van de wonden van de Ronde van de Zes Presidenten.
Hoewel? In de gelederen van de coalitie zijn ze nog voorzichtig met het uitroepen van de overwinning voor hun nieuwe manier van politiek bedrijven. Hoewel de constructieve sfeer zowel door LJE-leider Joep Eerlijk (“Een aantal onderwerpen behandeld, felle discussies zijn er gaande geweest, maar nu is de rust weder gekeerd.”) als door KHP-voorzitter A Lontra (“De sfeer is zeker goed en constructief te noemen.”) wordt waargenomen, zijn beide heren opmerkelijk voorzichtig met de constatering dat de oppositie constructiever en gematigder aan het worden is en dat dat de grondslag vormt van de goede werksfeer. Beide heren wijzen op het vroege faillisement van oppositieleider ikenco, waardoor de oppositie leiderloos achterbleef, terwijl zij toch al niet zo groot was. “Die indruk had ik niet. Vanuit de coalitie hadden we er bij Lijst Ikenco op gehamerd niet alleen te schreeuwen maar ook met goede alternatieven te komen,” antwoordde Joep Eerlijk op de vraag of hij de oppositie ook niet als minder fel dan anders inschatte. “maar ik had wel de indruk dat hij alles scherp in de gaten zou gaan houden en fel zou reageren waar dat nodig zou zijn.”
In de gelederen van de coalitie wordt dus nog wel getwijfeld over de gematigdheid van de oppositie. Maar in onze vraaggesprekken met de beide heren kwam ook een andere trend naar voren: die van de versplintering van de oppositie na het faillisement van de oppositieleider. De oppositie, die in de partij Lijst Ikenco juist iets meer eenheid leek op te bouwen, lijkt op dit moment even snel uiteengevallen als ze opgekomen was. Luca_Alvarez, die ikenco als Parlementariër opvolgde, werd later lid van grootste coalitiepartij LJE. Familielid Rico Alvarez is nu voorzitter van wat er over is van Lijst Ikenco, en siemenrey richtte onlangs de nieuwe partij Belang van Cyberië op. De enige reden dat de balans tussen oppositie en coalitie niet veranderde is dat de voor de LJE gekandideerde justinote overstapte naar Passage van Reserved.
Ik zou lang kunnen doorgaan over de politieke ideologieën van de opvolgers van LI – hoe BVC gedetailleerd inhoudelijk programma presenteerde, bijvoorbeeld -, om over complete nieuwkomers als het Federaal Front van entertje maar niet te spreken. Wat opmerkelijker is, zijn de ledenaantallen van de verschillende oppositiepartijen. Terwijl Lijst Joep Eerlijk wederom de meeste leden heeft met 11 leden en zowel KHP en ND 6 leden hebben, komen de andere partijen op het moment van schrijven niet boven de 2 leden uit. Die versplintering van de oppositie is belangrijk omdat het de machtsbalans kan beïnvloeden – de ervaring leert namelijk dat het aantal leden van een partij een redelijke voorspelling kan vormen van de uiteindelijke stemverdeling. Als deze aanname nu ook opgaat, en de ledenaantallen van de oppositie stijgen niet (het is nog vroeg, er kan veel gebeuren), dan bestaat de kans dat de oppositie wordt weggevaagd.
Het gevolg zou paradoxaal genoeg een pyrrhusoverwinning zijn voor de coalitie, goede manieren of geen goede manieren van de oppositie. Want een oppositie die niet in het Parlement zit kan niet met voorstellen komen. Sterker nog, die hebben alle reden om zich op te stellen als anti-establishment en vrij te schieten (figuurlijk) op de leden van de regering. De noodzaak van een gezonde oppositie is dat een oppositie die er vertrouwen in heeft dat zij ooit kan winnen, eerder het beleid van de regering zal accepteren. Een extraparlementaire oppositie heeft weinig redenen constructief te zijn tegenover het regeringsbeleid.
Zijn de goede manieren terug in de Cyberische politiek? Op het moment wel, concludeert The Miniconomist. Maar de vraag is of dat zo blijft. De uitdaging is elkaar wat te gunnen, de hoop is dat een gezonde dynamiek tussen regering en oppositie zal ontstaan. Wij zullen de politiek blijven volgen en dan zullen we zien of de goede manieren beklijven. Dat vergt inspanning van beide kanten.