Er zijn twee manieren van winst berekenen. De standaard manier die ik de geldmethode noem en een alternatieve manier die ik de nettowaarde methode noem.
De geldmethode: Als je een schroevendraaier wilt maken heb je nodig:
Plastic: 7,35 I-Shell
IJzer: 11,55 I-Shell
Productiekosten: 0,75 I-Shell
Totale kosten: 19,65 I-Shell
Je verkoopt een schroevendraaier voor 26,25 I-Shell. Je winst is: 26,25 -/- 19,65 = 6,60 I-Shell per schroevendraaier.
Dit zal iedereen wel begrijpen en zelf toepassen. Nu is er ook een leuke manier als je van lastig houden houdt. De nettowaardemethode: Als je 1 plastic koopt gaat die naar je magazijn. Hier vertegenwoordigt die een waarde van 1,94 I-Shell, voor ijzer is dit 2,86 I-Shell. Totaal dus 4,80 I-Shell. Je nettowaarde is dus afgenomen met: 7,35 + 11,55 – 4,80 = 14,10 I-Shell.
Vervolgens ga je een schroevendraaier produceren. Deze schroevendraaier heeft natuurlijk ook een waarde op de balans en dat is 6,30 I-Shell. Als je deze draaier maakt gaat je nettowaarde omhoog met 6,30 – 4,80 – 0,75 = 0,75 I-Shell. Er verdwijnt immers één plastic en één ijzer en gaat er 0,75 I-Shell vanaf voor de productie en krijg je er één schroevendraaier voor terug met een waarde van 6,30 I-Shell. Als je vervolgen de schroevendraaier verkoopt neemt je nettowaarde toe met 26,25 -/- 6,30 = 19,95 I-Shell. De winst bereken je vervolgens als volgt: opbrengst 26,25 – 6,30 = 19,95 I-Shell. Kosten 14,10 -/- Winst met produceren = 0,75 +/+ winst 6,60.