Metamorfose

Zondag 22 Januari 12:00
Ik werd wakker uit mijn weekend roes en merkte dat ik niet veel geld had verdiend de afgelopen nacht. Aangezien ik veel e-mails krijg en in veel producten handel is het vaak moeilijk in te schatten hoeveel producten ik had voordat ik ging slapen. Ik liep naar het café waar ik altijd ‘s ochtends een koffie drink. Ik zat rustig mijn koffie te drinken toen ik Leonardo zag binnen komen. Leonardo is een jonge jongen die het imperium heeft overgenomen van zijn vader. Hij is opgegroeid in een handelshuis en is opgenomen door de Alvarez familie toen zijn vader stierf. De Alvarez familie is sinds korte tijden komen wonen op het eiland waar ik al jaren woonde. De familie is zo machtig dat zij al snel de macht overnamen op het eiland. In de begin tijd van de familie was er nog wel eens opstand maar de laatste tijd is dit flink afgenomen. De inwoners hebben geaccepteerd dat een familie het voor het zeggen heeft. Ik merk dat ik afdwaal. Aan het zweet op Leonardo zijn voorhoofd was te zien dat hij had gerend. Ik groette hem van afstand en hij kwam meteen naar me toegelopen. De eerste vraag die hij stelde was: “Wat is er gebeurd vannacht?”. Ik keek Leonardo twijfelend aan aangezien ik niet zeker wist waar hij het over had. Dus ik vroeg aan hem: “Wat moet er gebeurd zijn vannacht”. Ik zag de angst in zijn ogen naar boven komen toen ik deze vraag stelde. “Weet je dat dan niet!?” vroeg Leonardo. Ik antwoordde dat ik dit inderdaad niet wist. Je chips-winkel staat in de fik, iemand heeft je gesaboteerd zei hij. Ik verstijfde van angst of boosheid, ik kon het gevoel niet plaatsen. De chipsindustrie is een kwetsbare industrie. In gevallen van brand gaat veel geld verloren en dit kon ik niet gebruiken. Ik belde mijn chauffeur op en 20 minuten later waren we bij mijn winkel. Ik zag dat de brandweer al vrijwel alles had geblust maar dat een groot gedeelte van mijn winkel in vlammen was opgegaan. Ik kwam Marcello en Marcel tegen die samen een sigaretje zaten te roken en aan het kijken waren. Ik ging bij ze staan en vroeg om een sigaretje om me zelf te kalmeren. Veel is kapot gegaan, het is zonde zei Marcello. Ik vroeg aan de heren of zij iets wisten over wat er gisternacht gebeurd kon zijn en wie hier verantwoordelijk voor was. Marcello was gister aan het feesten in het Alvarez paleis en had dus weinig meegekregen. Marcel zei dat hij de haven een man had gezien die hij niet vaak hier zag. De man was donker gekleed en had een lange zwarte jas aan. Ergens herkende hij de persoon van maar in eerste opzicht kon hij hem niet plaatsen. Hij zei dat hij erover zou nadenken en thuis was research zou doen.

Ik ging samen met de brandweer naar binnen om te kijken wat er nog te redden viel. Het bleek dat nog een groot gedeelte van de winkel in tact was en dat er ook een groot gedeelte van de producten nog verkoop waren. Ik was blij om te horen dat het meeste nog te redden viel en dat de restauratie niet lang zou duren. De brandweer kon me daarnaast vertellen dat er 9 bommen waren geplaatst aan de westkant van het gebouw. Iemand heeft zijn best gedaan om ervoor te zorgen dat ik geld verlies. Ik moet erachter komen wie dit is anders komen er meer aanslagen dacht ik bij mezelf. Het was de afgelopen weken rustig geweest als het aankwam op aanslagen en beschietingen in Ibisha. De gedachte dat dit vaker zou gaan gebeuren, zorgde voor angst. Ik reed terug naar mijn hotel om de zaken op een rijtje te zetten toen ik ineens een telefoontje kreeg, het was Marcel. Marcel vertelde mij dat de man die hij gister bij de haven zag niemand minder is dan de koning van Digitalië, namelijk Minimize. Marcel vertelde me dat hij krantenartikelen die hij had bewaard uit het verleden zat te bekijken en de schim herkende die hij ook zag bij de haven. Hij vertelde me verder dat de schim een grote tas in zijn auto legde en dat daar dus waarschijnlijk de explosieven inzaten.

Zondag 22 Januari 17:00
Ik kwam terug bij het café waar ik vanochtend achter het nieuws kwam. Toen ik binnen liep zag ik een oude vriendin in de hoek van het café zitten. Ik ging bij haar zitten en bestelde twee biertjes. De vrouw was jaren geleden een goede vriendin geweest, eentje die mij veel had geleerd toen ik net begon met het handelen. We waren elkaar uit het oog verloren en de laatste weken zag ik haar steeds vaker verschijnen op het eiland. Ik vertelde haar wat ik die dag had meegemaakt en zij keek me niet verrast aan. Kennelijk had ze al het nieuws al gehoord. Het nadeel aan het wonen op een eiland is dat niks geheim blijft en snel iedereen alles van elkaar weet. Ik vertelde haar dat ik erachter was gekomen wie de dader was van de aanslag. Haar gezicht bleef precies in dezelfde houding staan toen ik dit nieuws bracht. Kennelijk wist zij ook al wie het had gedaan. Waarom denk je dat ik hier ben, vroeg zei. Denk je nou werkelijk dat een dame als ik normaal gesproken in dit soort cafeetjes komt. Jij wilt wraak en daarom ben ik hier, zei ze. Ik knikte rustig terug en wist inderdaad dat ik iets moest terug doen. Stel ik zou niks doen dan zou dit vaker kunnen gebeuren. Ik moet ruggengraat tonen en laten zien dat niemand met mij solt. Mila vertelde mij dat ze zo de boot ging nemen naar Digitalië en alvast op onderzoek uit zou gaan over de beste manieren om wraak te nemen. We namen afscheid en spraken af net voor twaalven af te spreken bij de parkeerplaats dicht bij de haven.

Zondag 22 januari 23:30
Ik liep in mijn donkere kleren naar de parkeerplek waar ik had afgesproken. Toen ik de parkeerplaats langzaam benaderde hoorde ik een auto aan komen. Het was Mila in haar truc. De koplampen gingen aan en ik zag een grimas op het gezicht van Mila verschijnen. Ik vroeg: “Is het gelukt?” Mila barstte in lachen uit en vertelde me het gene wat zij aantrof. Een aantal uur eerder was Mila naar Monapoli gegaan voor onderzoek. Het bleek dat veel handelaren woonde in grote hotels waar wij makkelijk naar binnen zouden kunnen komen. Ik vertelde haar dat ik de koning dood wilde en dat hij eraan zou moeten gaan vannacht. Mila lachte weer. “Je bent zo kleindenkend,” zei ze, “zie je niet de kansen die dit te bieden heeft voor jou en voor Ibisha. Je kan zo de gehele concurrentie wegvagen vannacht. Iedereen denkt dat je zwakkeling bent die niks terug durft te doen. Wanneer is de laatste tijd dat jij een geweer hebt aangeraakt?” Ik antwoordde haar dat ik dit inderdaad allang niet meer had gedaan. “Mensen hebben geen angst meer voor je Sjek,” zei ze. Ze had gelijk, ik was helemaal teruggevallen op de legale wereld en had al tijden geen criminele activiteiten meer volbracht. Het werd tijd om weer eens iets te doen. Plotseling hoorde ik nog iemand uit de truc van Mila stappen. Het was Sergios, ik had hem in eerste instantie niet zien zitten. We begroette elkaar en hij gaf me een stevige handdruk. Sergios was een van de rijkste mannen in de federatie. Samen met hem regelde ik de meeste infrastructuur en handel in Ibisha. Dit was een man met geld en geld zorgt voor macht en macht zorgt voor invloed. Mila vertelde mij dat Sergios haar geweren en bommen had betaald. Nu pas drong het tot me door dat dit helemaal niet alleen om Minimize ging. Het was iets groters, iets waardoor ons eiland gegarandeerd het rijkste land werd van de hele federatie. Ik werd opgewonden van dit idee en zag de mogelijkheden die het met zich meebracht. Iedereen lag rustig te slapen in Digitalië en wij hadden hier geweren en bommen om heel wat mensen om te brengen. Dit was de opgelegde kans om iets te beteken voor Ibisha en voor me eigen handel. Mila zou alvast vooruit gaan en de bommen leggen. Zij gaf aan dat ze dit beter alleen kon doen aangezien zij meer ervaring heeft met de bommen en het dus minder zou opvallen. We spraken af om 1 uur bij de haven in Digitalië.

Maandag 23 januari 00:50
Ik voer over zee in een van mijn snelle boten. Ik had in mijn boot een aantal geweren liggen en genoeg magazijnen voor het geval dat er iets mis ging. Ik voelde een rilling door mijn lijf kruipen toen ik Digitalië naderde. Dit was het enigste land in de federatie waar ik nog niet gewoond had en waar ik mij ook niet veilig zou voelen. Ik had hier wel een aantal contacten maar het was een ruig land waar acceptatie langer duurde. Menig mens is hier de eerste keren in het ziekenhuis beland. Ik zag Mila in een hoekje staan bij de haven. Ze vertelde me dat alle bommen gezet waren en dat deze spoedig zouden afgaan. We spraken af om beiden een eigen kant op te gaan. Ik zou afrekenen met de koning, terwijl Mila twee anderen doelwitten op het oog had. Mila zou langs de rijkste handelaar van de federatie gaan, een vriendelijke maar ook een gevaarlijke man. Het was de man die menig handel van mij liet ondersneeuwen. Als deze man uitgeschakeld kon worden, dan waren Sergios en ik de rijkste handelaren van de hele federatie. Dit zou een moeilijke taak worden voor Mila maar door haar ervaring dacht zij dit prima aan te kunnen. Daarnaast zou Mila ook nog doorreizen naar El Peso waar zij zou afrekenen met een van de grotere criminelen van het land, namelijk Hubinho. Dit was uit voorzorgsmaatregelen voor het geval iemand meteen zou terugslaan. We trokken beiden onze eigen kant op. Ik was aangekomen in het paleis van de koning waar de bommen lagen. Ik moest nog 2 minuten wachten en dan zouden de bommen afgaan en kon ik het paleis naar binnen. Door de stress rookte ik nog een laatste sigaret, net toen ik mijn laatste hijs nam zag ik zee van vuur de deur omver blazen. Ik gooide mijn sigaret weg en rende zo snel als ik kan naar binnen. Het was een groot paleis maar gelukkig wist ik uit een eerder bezoek waar de koning sliep. De koning bleek zonder zijn vrouw en kinderen te slapen in een groot bed. Hij was wakker geworden door de explosie maar had nog geen tijd gehad om zich aan te kleden of zijn wapen te pakken. Ik zag hem op zijn bed zitten en schok van adrenaline stroomde door mijn lijf. Oog in oog staan met een persoon die je gaat doodschieten blijft een moeilijke zaak. De koning leek niet tegen te stribbelen of met argumenten te komen waarom ik het niet zou moeten doen. Hij had zich er bij neergelegd en keek me recht aan. Ik zag geen angst in zijn ogen. Mijn hand begon lichtelijk te bibberen maar dacht terug aan de ochtend aan mijn winkel en aan een van mijn werknemers die was gestorven. Langzaam haalde ik de trekker over en even leek de tijd stil te staan. Ik voelde afschuw maar tegelijkertijd ook blijdschap toen ik de kogel door de koning heen zag vliegen. Ik had geen tijd om na te denken ik moest zo snel mogelijk wegwezen voordat er buurtbewoners hierna toe kwamen om te kijken wat er aan de hand was. Op dat moment hoorde ik achter me gekraak en hoorde ik een stem schreeuwen. Het was de burgemeester van Monapoli die zo snel als die kwam naar zijn koning was toegekomen. Ik verschuilde me achter de deur zodat hij me niet zag. Ik zag hem de kamer binnen horen komen rennen en snikkend naast zijn koning neerzakken. “Wie heeft dit gedaan?” schreeuwde hij. Ik ging achter hem staan en zette het geweer op zijn achterhoofd. Zonder te aarzelen haalde ik de trekker over, ik moest denken aan mezelf. Ik gooide het geweer weg en rende zo snel als ik kon terug naar de haven. Daar trof ik Mila aan die onder het bloed zat en tegen een muur aan leunde. “Die Hubinho was een taaie,” zei hij, “maar het is me geluk, ze zijn beiden omgebracht.” Samen pakten we de boot terug naar ons Eiland om daar afscheid te nemen. Je hebt goed werkt verricht zei Mila. De Alvarez familie zal blij zijn met je bijdrage aan het eiland. Ik liep rustig naar huis terugdenkend aan het moment dat ik de trekker had overgehaald. “Ik ben een slecht mens,” zei ik hardop tegen mezelf. “Je bent wie je bent,” zei het duiveltje op me schouder. Ik voelde de macht die het wapen me had gegeven door mijn aderen stromen en voelde me gelukkig toen ik mijn bed instapte. Wat zouden de krantenkoppen morgen zijn vroeg ik me af. Ik viel langzaam in slaap en herleefde de avond opnieuw in mijn dromen.