Auteur: Joep Eerlijk
Belasting, als je dat woord uitspreekt op straat in Nederland zie je veel mensen verschrikt omkijken, en velen vluchten een donker steegje in. Belasting is in Nederland het belangrijkste middel om geld binnen te krijgen van haar burgers, en met dat geld worden allerlei uitgaven gedaan en het land bestuurd.
In onze federatie zit dat anders, belasting betekent niet zoveel. Op een beperkt aantal artikelen word belasting geheven, wat grotendeels ook weer teruggekeerd wordt aan de handelaren zelf. Dit is niet meer dan logisch, want het bedrag dat je aan belastingen ontvangt is niet meer dan een fractie van het budget dat je wekelijks krijgt, dan wel van de Federale Leiders, of van je eigen regering. Juist omdat het zo weinig betekenis heeft in het dagelijks leven van een handelaar, en men zich er weinig zorgen over hoeft te maken is de discussie opgelaaid over het wel of niet opheffen van deze (onnodige) belasting.
Parlementariër Jorref, Ex-minister van Financiën, kwam met het voorstel om de belasting gewoon helemaal af te schaffen. En zei hierover het volgende:
“Om hun positie niet in gevaar te laten komen drukken alle mayors over actief op het restitutie knopje.“ en “BTW is winst die je wat later krijgt.”
Er waren echter ook tegenstanders van het voorstel om deze belasting af te schaffen, waar vooral The Socialist heftig reageerde met het argument “Ik zeg dat je iemand wéér een stukje beleid ontneemt, want het is iemands eigen keuze.” Waarbij The Socialist er op doelt dat de mayor vooral zijn eigen beleid moet bepalen, waar de belasting een onderdeel van is.
Beide partijen hebben hier een punt, aan de ene kant is het een stukje beleid waarmee mayors het verschil kunnen maken, en ook kunnen promoten in de verkiezingen. Aan de andere kant klopt het ook dat bijna elke mayor aan BTW restitutie doet, waardoor deze hele belasting helemaal geen nut heeft.
Er zou dus een variatie moeten komen, waarbij de belasting wel nut heeft, en waarmee ze ook een stukje eigen beleid kunnen doorvoeren. De oplossing: Belasting voor buitenstedelijke handelaren. Het plan houdt het volgende in:
Elke mayor krijgt de mogelijkheid om belasting te heffen op producten van handelaren buiten de stad. Zo zou de mayor bijvoorbeeld de mogelijkheid moeten hebben om veel belasting te heffen over een product als ijzer, dat in elke stad verhandeld word, maar waar grote handelaren (vaak uit de hoofdstad Eurodam) de handelaren uit de kleinere steden onder de duim houden d.m.v. lage prijzen. Op die manier kan een middelmatige of kleine handelaar zich nooit ontwikkelen omdat het mee moet doen met de lage prijzen die de grootste handelaren gebruiken.
Als die grotere handelaren belasting er over heen krijgen (denk aan 10%) scheelt dat voor die kleinere handelaren een heleboel, omdat die dan rond de 30-50 cent extra op hun product kunnen verdienen, daarnaast krijgt de mayor extra inkomsten binnen die het voor haar eigen inwoners kan gebruiken.
De mayor moet wel zelf kunnen uitmaken op welk product er belasting geheven wordt, zo kan het bijvoorbeeld dat er dringend behoefte is aan plastic in een bepaalde stad, waardoor de mayor besluit om daar geen belasting over te heffen (misschien zelfs subsidies te geven) waardoor het aantrekkelijk word voor een handelaar om zich ook in die stad te vestigen.
Dit plan zal er voor zorgen dat de belasting veel beter gebruikt zal worden, daarnaast is het ook nog erg nuttig, omdat extra voordelen heeft voor de eigen inwoners. Ook is dit een stukje beleid, wil je je eigen inwoners beschermen tegen de grote handelaren, of wil je juist een belastingparadijs zijn waar zonder belemmering gehandeld kan worden.
Dit idee kan ter vervanging of ter aanvulling zijn van het huidige belastingsysteem, in beide gevallen zal het een positieve toevoeging zijn in het spel. Daarnaast word in beide gevallen de problemen waar de partijen in het parlement nu over discussiëren opgelost.