Waarom Cyberië verliest

Auteur: bonanza

Cyberië zal er als één van de enige landen niet in slagen om de federale export die nodig is om de bodem te saneren, te voltooien. Ibisha is inmiddels klaar en Digitalië zal naar alle waarschijnlijkheid nog voor het einde van de handelsperiode eindigen, zij zitten momenteel in de laatste fase. Virtua heeft fase twee zo goed als afgewerkt.

Het is toch zeer opvallend te merken dat de democratische landen, waar normaal gezien het meeste overleg zou moeten plaatsvinden, het slechtste scoren op gezamenlijke opdrachten. Voor de autoritaire landen Digitalië en Ibisha schijnt het een fluitje van een cent te zijn. Faalt het overlegmodel dan?

Er was heel wat kritiek op de Federals omdat deze exports niet eerlijk verdeeld waren. Het aantal exports was namelijk gebaseerd op de grootte van de kaart en er zijn bewijzen om aan te tonen dat dat misschien niet de meest objectieve parameter was. Het kan goed zijn dat Cyberiërs gewoon actiever zijn en daardoor meer kavels verbruiken. Wij deden de test en berekenden hoeveel blokken zagen elke ‘actieve inwoner’ (cijfers van 23 juni) diende te exporteren om de zagenexport volledig weg te werken. Daarbij komen we uit op de volgende, redelijk verontrustende, cijfers.

Stad – # blokken – # inwoners – # blokken per persoon
El Peso 290 80 3,625
Monapoli 280 75 3,733333
Zwollar 325 60 5,416667
Kronenburg 450 63 7,142857
Roebelarendsveen 330 71 4,647887
Eurodam 540 88 6,136364
Cashington 310 131 2,366412
Centropolis 470 122 3,852459
Nasdaqar 275 98 2,806122
Ibisha 160 85 1,882353

Wat onmiddellijk opvalt, is dat Ibisha een zeer laag aantal blokken per persoon diende te exporteren. Dit verklaart onmiddellijk waarom zij als eerste land alle fases reeds hebben doorlopen. Dit zou er dus op wijzen dat het aantal blokken ongelijk verdeeld werd. Roebelarendsveen kreeg bijvoorbeeld meer dan dubbel zoveel blokken te verwerken met minder actieve inwoners. De logica vertelt ons dan dat het niet meer dan normaal is dat Roebelarendsveen er dan dubbel zo lang over doet om de zagenexport weg te werken.

Daar moeten we echter al een kanttekening bij maken. Roebelarendsveen heeft de export slechts een paar uur geleden afgewerkt, terwijl Ibisha hier al veel langer mee klaar was. Roebelarendsveen heeft dus zeker niet aan hetzelfde tempo per inwoners geëxporteerd.

Er is nog een andere factor die erop wijst dat het aantal blokken per persoon niet doorslaggevend was. Digitalië was als eerste land klaar met de eerste fase, maar als we kijken naar het aantal blokken per inwoner, merken we dat zij meer blokken te verwerken hadden dan de Virtuanen, die de eerste fase veel later hebben afgewerkt.

Tot slot is er ook nog het verschil in Cyberië zelf. Zwollar was als eerste Cyberische stad klaar, niet lang daarna gevolgd door Kronenburg. Kijken we echter naar het aantal blokken per persoon, dan zien we dat Kronenburg het grootste aantal blokken moest exporteren per persoon. Hoe valt dan te verklaren dat Roebelarendsveen, dat een derde minder blokken per persoon diende te exporteren, zoveel later dan Kronenburg eindigt?

Dus ja, de klagers hadden zeker een punt. Cyberië kreeg onredelijk veel blokken per persoon te verwerken, maar dit had helemaal geen probleem moeten zijn. De cijfers tonen aan dat het aantal blokken per persoon niet doorslaggevend was voor de snelheid waarmee werd geëxporteerd. Er moet dus een andere factor hebben gespeeld.

Die factor is niet ver te zoeken. We zouden het kunnen omschrijven als ‘beleid’ of net het gebrek daaraan. Digitalië verplichtte haar inwoner van bij de start om zagen te gaan exporteren. Andere exports werden nauwelijks tot niet voorzien. Dit had tot gevolg dat de zagenexports razend snel smolten als boter in de zon.

Wat was het Cyberische beleid? Op nationaal niveau werd niets ondernomen, tot grote terechte woede van de inwoners. Op lokaal niveau was er een duidelijk onderscheid. Mayors van Zwollar en Kronenburg, ik_zwollartje en Remcowouter, pasten dezelfde tactiek toe als de Digitalianen. Er waren bijna geen andere exports af te werken dan de federale zagenexports. Dit resulteerde in een redelijk snelle afwerking van de exports, ondanks het hoge aantal blokken per actieve persoon.

Heel anders was het beleid in Roebelarendsveen en Eurodam. De ondertussen ontslagen mayors Metal Alvarez en Frankeur deden alsof er niets aan de hand was en zetten lokale exports die de federale exports totaal verdrongen. Welke serieuze handelaar exporteert immers zagen wanneer hij meer winst kan maken op planken? Het gevolg laat zich raden. Roebelarendsveen is er nog maar net in geslaagd de zagenexports weg te werken en Eurodam is nog volop bezig.

Wiens schuld is het nu?
De eerste vinger wijst naar de Federals wegens de tot drie maal zwaardere verdeling voor Cyberië ten opzichte van Ibisha. We hebben echter gezien dat de snelheid waarmee geëxporteerd werd hier onafhankelijk van was.

Een tweede vinger is gericht naar het Nationale Bestuur dat niets ondernam. Het Parlement en Kabinet hebben geen enkele actie ondernomen om het probleem aan te pakken. Zij waren meer bezig met het afwentelen van een institutionele crisis die Eurodam en Roebelarendsveen van Cyberië dreigde los te rukken. Zij zullen nu de rekening gepresenteerd krijgen door de misnoegde kiezers die zich verlaten voelen door hun verkozenen.

De derde vinger wijst richting de mayors en dit is vermoedelijk de grootste oorzaak van de ellende. Roebelarendsveen en Eurodam hadden elk minder blokken per persoon te exporteren dan Kronenburg, hoewel die stad toch eerder klaar was. Het beleid van de mayors speelde hier een ontzettend grote rol. Metal Alvarez en Frankeur hebben hun inwoners met extra inkomsten gepaaid door winstgevendere exports, maar hun inwoners zullen die vrijgevigheid vanaf volgende handelsperiode cash betalen in slechtere klei-opbrengsten. Kronenburg en Zwollar zullen onredelijk mee worden gestraft.

De vierde en laatste vinger wijst naar elke burger individueel. Een burger mag een antwoord verwachten van zijn verkozenen, maar moet niet werkloos aan de kant blijven staan en dient zelf iets te ondernemen. Wanneer hij de keuze kreeg tussen lokale en federale exims, had hij uit burgerplicht moeten opteren voor de federale exports. De inwoners van Eurodam en Roebelarendsveen kregen deze keuze voorgeschoteld en kozen massaal voor het geld. Dat is een zeer kortzichtige politiek, want dit snelle geldgewin zal zorgen voor een blijvend competitief nadeel ten opzichte van de andere landen.

We hebben het dus als Cyberiërs aan onszelf te danken wanneer we de komende handelsperiodes overspoeld gaan worden met goedkope stenen uit het buitenland. Cyberië is door kortzichtige hebzucht en egoïsme een armer land geworden. Het is niet meer dan normaal dat we dit gezamenlijke falen, op politiek, sociaal en economisch vlak, moeten ondergaan en de meerdere erkennen in landen die er wel in slaagden om samen te werken om zo een hoger doel te bereiken.

Laat dit een les zijn voor de toekomst. Wanneer Cyberië geen daadkracht toont, zal het roemloos ten onder gaan ten opzichte van de andere landen. Er zit een groot gat in de boeg, maar het schip is nog niet gezonken. Het komt er nu gewoon op aan het lek zo goed als mogelijk te dichten en daar zullen we alle handen bij nodig hebben.